Sharkoon Skiller SGS3 Gaming Chair review
Waar Gaming Chairs voorheen van een handje vol merken kwamen is het aanbod de laatste jaren flink verbreed. Tal van fabrikanten lijken er hun heil (of gezonde marge, take your pick) in te zien en brengen ‘hun eigen’ stoel uit. Aangehaalde opmerking uiteraard, want vorige stoel review concludeerden we al een beetje dat de verschillen vooral in de details zitten.
Des te interessanter is het dan wanneer een merk met een klassieke prijs-kwaliteit focus in het wereldje wil stappen. Sharkoon doet dit onder hun Shark Zone subbrand, en onder hun Skiller subbrand in verschillende kleurstellingen. Wij bekijken de blauw/zwarte variant van de laatstgenoemde, maar de stoel is ook verkrijgbaar in zwart/groen, zwart/rood, zwart/wit en geheel zwart. Prijskaartje? 299 euro inclusief ongewenste overheidssteun (BTW) en bezorgkosten.
Voor we gaan uitpakken eerst even een blik op de features en specs:
Verstelbare armsteunen, verstelbare rugleuning, tilt-functie wieltjes met remmen, hoogte verstelling, het zullen geen extreem opvallende elementen zijn voor de gaming- of racing stoel enthousiasteling. Ook de andere specificaties zijn eigenlijk niet heel opvallend want ook Sharkoon zet in op het gangbare middensegment; niet een stoel voor reuzen zoals de 190cm limiet en 120 kg draagkracht aangeeft (rekening houden met wat extra druk van het neerploffen natuurlijk)
Voor de duidelijkheid: 300 euro gaming chairs komen niet in echt leder, maar in PU leder.
We hanteren weer een iets andere review opbouw. We combineren het optuigen van de stoel en de details tegelijk, om zo gaandeweg naar het resultaat te werken.
Niet onverwacht beginnen we weer met een mega doos. Pittig, helemaal wanneer je er een half dozijn tegelijk kwijt moet, armoede.
Eerste indrukken? Not bad. Met 300 euro is deze Skiller SGS3 niet spotgoedkoop, nog altijd aan de iets goedkopere kant van het middensegment, maar we zien toch nipt de stevigste doos, net wat nettere verpakking met plastic om de componenten en wat extra padding wat in de meeste dozen toch ontbrak, en ook de accessoires zitten weer netjes in een doosje.
De wielbasis is nipt wat groter dan gemiddeld, dat zou het tippen moeten voorkomen, en ook de wielen die van rem voorzien zijn ogen net wat forser, helaas niet met extra goede glijeigenschappen tot gevolg. Wielen klikken we er rustig in, gasveer erop, plastic kapje eroverheen, en de basis staat. De wielbasis zelf is eigenlijk lekker strak en stevig, met veel staal in plaats van plastic, al kunnen we hem ook visueel onopvallend noemen naast de modellen met meer franje erin.
Net als bij de meeste andere stoelen zitten de armleuningen al gemonteerd, dus de opbouw is niet gek veel werk. Ook deze Sharkoon lijkt gewoon netjes afgewerkt te zijn, zonder dat we elementen aantreffen die voor puntenaftrek zouden zorgen. Stiksels allemaal netjes voor elkaar.
Ook hier, het is tenslotte een beetje gangbaar voor deze stoelen, zien we de ruime verstelling van de armleuningen. Ze kunnen naar binnen of buiten schuiven, kantelen, draaien, in hoogte worden versteld en doen eigenlijk alles behalve je drankje vasthouden.
Ook onderop zien we dat de afwerking goed voor elkaar is. Om de verstelconstructie te plaatsen moeten we de vier schroeven die er zitten even loshalen, maar nadenken over welke schroef waar gaat is niet aan de orde. Vervolgens het zitvlak op de wielbasis, en we hebben de Sharkoon SGK3: De Sharkoon Skiller Gaming Kruk 3. Patent pending.
Veilige keuzes ook wat de rugsteun betreft, met een flink, net afgewerkt logo en een redelijk maar niet extreme steun voor de lende. In de plastic gaten zien we wel een iets minder strak randje, al moet je daar wel goed op letten.
Rugleuning op onze kruk, schroefje erin met de meegeleverde sleutel of wanneer je lui bent (of een paar stoelen moet doen, trust me) pak je de elektrische schroevendraaiboormasjien. Kappen erop, en we zijn er.
Het resultaat is eigenlijk vrij typisch, waarbij ik het mij voor kan stellen dat iemand het logo ziet en de rood/zwarte variant als MSI stoel had kunnen aanzien met dat logo, al is het juist het wat meer ingetogen aspect van de Sharkoon (dat zien we MSI niet vaak doen :D) dat toch wel erg aanspreekt. De vlot oplopende rand naast het zitvlak valt wel op, maar verder lijkt het toch vooral een veilige, gangbare vormgeving van Sharkoon.
Net als de duurdere Noblechair, maar anders dan de meeste andere stoelen kiest Sharkoon voor zachtere kussens voor je rug of hoofd. Deze zijn dan ook afneembaar en wasbaar, wat een voordeel is, al wordt stof natuurlijk ook sneller vies dan PU leder. Het grote voordeel van zachte kussens vind ik zelf is dat het een handige tussenoplossing biedt. Sommigen zijn fan van de grote dikke steunen, maar zelf gooi ik die liever weg en mis ik dan wat steun. Een zacht kussentje vormt een goede middenweg.
We twijfelden een beetje welke elementen we zouden meenemen in de beoordeling van elke stoel. Feit is dat de meeste stoelen echter gewoon heel erg veel op elkaar lijken. De eerder bekeken Aorus Gaming Chair en deze Sharkoon bijvoorbeeld zitten echt direct in elkaars vaarwater. Beide vallen op met een ogenschijnlijk goede kwaliteit, wat verstelbaarheid verschillen de meeste stoelen eigenlijk niet van elkaar, en we moeten zoeken naar kleine details die je grotendeels zelf moet beoordelen.
Het meest sprekende detail is in onze optiek de aggressieve manier waarop de randen naast het zitvlak oplopen. Dit maakt dat het zitvlak van de Sharkoon SGS3 het meest aan zit van alle modellen. Ben je wat forser gebouwd of erger: ben je ruim over de 1m90 die Sharkoon als limiet aangeeft en ben je gezegend met benen die wel door een deurtje kunnen trappen dan wordt het gewoon lastig. Zowel bij ons eleganter gevormde vrouwlief als bij passanten die niet in de melkkan waren gevallen als kind viel de Sharkoon juist weer positief op vanwege die iets sportievere grip op je achterweg en tevens je lendes dan de meeste anderen in de test. Aan jou de keuze om je eigen bouw en voorkeur met betrekking tot firme klem in te schatten.
Hoewel de meningen over de stugge rugsteunen verdeeld waren waren de meningen over de zachte kussens vrijwel unaniem positief. Gebruikers die de stugge steunen niets vonden kwamen juist positief terug over deze implementatie (of de Noble of juist dunnere implementatie van Corsair), terwijl liefhebbers ervan zich er ook goed in konden vinden. Het lijkt daarmee de veiligere keuze.
Omdat het verder nogal ‘zoek de verschillen’ spelen was vonden we het eigenlijk jammer dat de extra grote wielen van Sharkoon niet tot een beter of echt anders glij-resultaat wisten te leiden, iets wat bij de Vertagear met eveneens (nog) grotere wielen duidelijk anders was. Niet iedereen zal er om geven, maar wanneer elk puntje telt is elk niet-puntje toch jammer. Wel positief ten opzichte van sommige andere 300 euro stoelen: Deze kregen we niet voorover getipt door op het puntje te zitten.
In de materiaal keuze plaatsen we nog wel een opmerking over PU leder in zijn algemeenheid, want hoeveel alle stoelen die wij vooralsnog gaan reviewen van PU leder zijn gemaakt merken we in de warme zomermaanden wel verschil tussen modellen met een strakke afwerking, zoals deze Skiller SGS3, en die met wat gaatjes voor ventilatie; dat laatste pakt merkbaar meer vuil en kruimels als je achter je bureau eet, maar als je een warmbloedje bent plakt het ook wat minder snel.
Natuurlijk zullen we consequent in elke Gaming Chair review beginnen met stellen dat als je naar een kantoorzaak gaat dat je tal van geschikte stoelen moet kunnen vinden voor de 300-450 euro die de modellen die wij gaan testen kosten. We zouden onszelf voor de gek houden als we niet zouden stellen dat de uitstraling een grote rol speelt, of dat er geen meerprijs aan de keuze voor een dik uitziende stoel zit, maar anderzijds moet dat ook gewoon kunnen. Streamen is populair, dikke complete setups willen hebben is aan de orde van de dag, maar vergis je niet als je denkt dat het alleen maar show en weinig inhoud is: wij zijn structureel te spreken over de manier waarop de meeste van deze stoelen zitten, vooral afhankelijk van je eigen afmetingen uiteraard. Genoeg te spreken dat we aan het einde van deze rit enkele van onze eigen stoelen aan de kant gaan schuiven ten faveure van gaming chairs, en we hebben genoeg passanten gehad tijdens onze foto- en video sessies die even –moesten- kijken om vervolgens zeer consequent ook gecharmeerd te zijn van één of meerdere van de stoelen, zowel visueel als wat stoel betreft, met de lastige kanttekening dat de meeste mensen toch van een ander model gecharmeerd waren. Echt hard oordelen is dus erg lastig in iets zo subjectiefs als het comfort van je achterwerk.
Net als Gigabyte zet Sharkoon in feite een hele veilige stap. Ze pakken een toegankelijk basismodel, voorkomen wat typische pitfalls zoals het voorover kunnen tippen wanneer je op het puntje zit, kleuren netjes binnen de lijntjes wat features betreft (leuning kantelen, hoogte verstelling, ruim verstelbare armsteunen, rugsteun en kussen), en proberen vervolgens vooral op te vallen met een breed aanbod aan kleurstellingen (vijf stuks, of zes als je de gele Shark Zone variant meetelt) en een aantrekkelijke prijsstelling. Met hun distributie voor Nederland goed voor elkaar mogen we het in elk geval een voordeel noemen dat deze stoel voor de 299 euro dat hij hoort te kosten direct en goed leverbaar is bij tal van webshops. Het kunnen uitzoeken van je eigen favoriete shop is in mijn optiek een fijne plus.
Naast een ogenschijnlijk stevige bouw en nette afwerking kwaliteit valt de Sharkoon vooral op door de keuze voor de zachtere kussentjes, subjectief maar in mijn optiek een veiligere keuze, en het feit dat hij een iets sportievere zit heeft, lees: jou ietwat meer dan gemiddeld vast pakt. Zeker voor de kleinere gamers lekker, maar ook voor gemiddeld afgemeten gamers zorgde het voor positieve feedback. Er werd positief over gesproken omdat je juist van een race stoel zou verwachten dat je er goed ‘snug’ in zit en dat is precies wat de Sharkoon doet. Niet zo extreem strak in de rug als de Corsair, maar wel goed in balans als we het zitvlak en de lende steun samen bekijken. Keerzijde uiteraard dat de bovengemiddeld grote gamers, zeker zij die wat ruimer willen zitten, hier niet hun pasvorm zullen vinden. Het blijft lastig schatten wat gewicht en lengte betreft, maar de 1m90 limiet die Sharkoon stelt klinkt reeel, en als je de 100kg passeert zal je vermoedelijk even willen testen voordat je hem in elkaar zet.
Het voornaamste ‘probleem’ dat we bij dit model en andere ca 300 euro kostende modellen zien is echter dat wanneer je 50 euro of iets meer bij kan leggen (in a absolute termen nog wel geld, maar relatief gezien) we alternatieven aantreffen die (kwalitatief) weer een stap(je) luxer zijn, terwijl ook de directe concurrentie een flinke portie ‘lood om oud ijzer’ aan de discussie toevoegt. De Sharkoon Skiller SGS3 kent dus wel wat kleine nuancepuntjes die je wellicht net over de streep trekken, maar zal toch net als de meeste andere typische 300 euro gaming- of racing chairs in eerste instantie je moeten kunnen aanspreken op gebied van looks (en dit prijspunt). Looks zijn uiteraard subjectief, maar ik durf het wel positief te bestempelen dat Sharkoon met een redelijk ‘ingetogen sportieve’ uitstraling hier ook zijn eigen doelgroep weet te vinden. Laten we eerlijk zijn, we hebben aardig wat erg flashy spul onder de Skiller naamgeving gezien en de in onze ogen meer volwassen Skiller SGS3 biedt dan toch best wat contrast. Zodra je rond de 300 euro uit wil komen en je je tot deze uitstraling aangetrokken voelt vind je in deze review hopelijk de zekerheid en het vertrouwen om er voor te kunnen gaan, want de feedback over deze stoel van anderen hier was verder ook even positief.
Enkele hogere res fotos voor de liefhebber, klikken voor de volledige versie: