Alvorens we naar de specifieke MSI uitvoering gaan kijken eerst even een blik op de onderliggende Nvidia chip, de GP104 die zowel de basis vormt van de GTX 1070 als de GTX 1080 . De eerste grafische chip gebakken op 16nm, en ervaring leert dat met elke stap kleiner de chips efficienter worden. Zo zien we dat vergeleken met de vorige generatie dat er bijna 40% meer transistors zitten op een oppervlak dat iets meer dan 20% kleiner is geworden. Vooruitgang!


De GP104 bevat 2560 Cuda rekenkernen, waarvan de GTX 1080 ze allemaal heeft ingeschakeld en deze GTX 1070 er totaal 1920 van werkend heeft. Vergeleken met de GTX 1080 zijn de snelheden vanuit Nvidia voor de GTX 1070 ook iets lager, maar zoals je straks zal zijn zien we daar in de praktijk weinig (tot niets) van terug. Ook zien we dat de kloksnelheden van deze generatie in de basis aanzienlijk hoger liggen dan vorige generatie.

Naast de gebruikelijke ‘meer’ en ‘sneller’ bij elke nieuwe generatie, zien we ook wat nieuwe technieken worden geïntroduceerd. Wat de GTX 1070 niet heeft is een nieuwe generatie werkgeheugen, zo zien we namelijk wederom GDDR5 gesoldeerd op dit bord. De GTX 1080 maakt gebruik van het snellere GDDR5X geheugen, welke ons weer warm moeten houden tot HBM gemeengoed wordt, wat vooralsnog even (nou ja.. ‘even’…)op zich laat wachten. Ook dat is echter vooral technisch geklets wat voor de gebruiker slechts één gevolg heeft: hogere prestaties. Datzelfde gaat op voor bijvoorbeeld de verbeterde VR ervaring, waarbij optimalisaties zorgen voor performance-boosts ver voorbij wat je van de extra rekenkernen en kloksnelheden zou verwachten. Bij gebrek aan een VR oplossing hier in huis moet VR inhoudelijk vooralsnog even buiten beschouwing worden gelaten in de review, al heb ik voor de aardigheid wel de Steam VR Performance test meegenomen.



Wel praktisch van aard is de aanwezigheid van hardwarematige x265 / HEVC decoding in deze nieuwe chip, wat we op de GTX 950 en 960 tegen kwamen, maar op de vorige generatie high-end moesten missen (970/980/980Ti/Titan). Ook Ultra HD (4K) beelden op 60FPS naar je moderne televisie sturen is zo geen enkel probleem. Vermoedelijk iets meer in de toekomst voor home cinema fanaten is de ondersteuning van HDR beelden welke aanwezig is in deze generatie.

Voor de gamers is er ‘Fast Sync’. Lang verhaal kort: De al-oude V-sync instelling voorkomt ‘screen tearing’ maar zorgt in feite voor een marginale vertraging. Geen vertraging die de gemiddelde casual merkt, maar funest voor competitieve play. Fast sync lost dit laatste grotendeels op en maakt in theorie dus een einde aan screen tearing, wat zeker nog speelt op niet-extreem-snelle schermen. Probleem zit uiteraard in het testen ervan, maar de ervaring de laatste weken met de GTX 1080 en GTX 1070 in huis lijkt aan te duiden dat Fast Sync een mooie en vooral logische upgrade op het oude V-Sync concept is.



Voor gamers met een meer artistieke of sociale insteek (lees: streamen of anderzijds delen van gameplay) is Ansel een aardig nieuwtje. Games die dit ondersteunen laten je wanneer gewenst een screenshot maken, maar geven je op dat moment volledige camera vrijheid om dit te doen. Het maakt je game niet sneller, maar met de populariteit van het delen van de ervaringen toch een slim bedacht nieuwtje.



Over Stephan
Stephan en Nada kennen elkaar dankzij online gaming en een liefde voor toffe tech. Tegenwoordig houden zij elkaar bezig met maken van reviews van computer hardware. Hun doel: Uitgebreide reviews die je een realistisch beeld geven van wat je van het product mag verwachten.