Samenvatting
De Scythe Choten is stil, subjectief in onze optiek aantrekkelijk, goed compatible (beperkte hoogte, maar ook wat geheugen en expansiesloten betreft, en koelt keurig v oor een hele bescheiden prijs. We zien echter dat de kosten worden gedrukt met o.a. een eenvoudig push-pin mounting systeem, dit maakt hem weliswaar één van de makkelijkste koelers om te installeren, maar dat systeem is bedoeld om éénmalig te installeren en dan zo lang mogelijk te laten zitten. Al met al zien we echter een nette prestatie voor een zeer lage prijs, en als 30-35 euro koeler is hij gewoon goed concurrerend: 8/10.
Scythe Choten review
Naast de Ninja 5 bracht Scythe deze week ook een heel nieuw model uit: De Scythe Choten. Een 120mm hoge top-down (of top flow) koeler. Geen low-profile, want dan denken we eerder aan modellen zoals de Shuriken, maar ten opzichte van de typische staande tower koeler is hij in elk geval aan de lage kant. Verder zien we focus op een eenvoudige installatie, stevige geheugen compatibiliteit, en een lekker lage prijs voor een koeler op basis van 4 heatpipes: hij is inmiddels namelijk tussen de 30 en 35 euro te vinden.
Uitpakken, bouw en features
Verpakking van Scythe is recentelijk netjes, zo ook hier. Intern vinden we de kant-en-klare koeler, en een doosje met wat extra’s. En wanneer we zeggen kant-en-klaar bedoelen we dat ook echt, want we zien de push-pins er al op zitten voor Intel installatie.
Een klein rondje: bouwkwaliteit oogt netjes, afwerking ook gezien we vernikkelde heatpipes in deze prijsklasse echt geen vanzelfsprekendheid vinden, en ook de koelvinnen voelen degelijk. De Kaze fan die we de laatste maanden op o.a. de Ninja en Mugens zagen zijn ook welkom in deze prijsklasse, al heeft Scythe op dit model gekozen voor een model dat indien gewenst wat harder kan spinnen: 1200 RPM ten opzichte van de 800 max op de Ninja. Klagen zullen we niet, want de minimale RPM ligt op enkele honderden, dus horen hoeven we hem niet.
Onderop zien we een glad contactoppervlak waaruit de vier heatpipes de warmte wegbrengen. Exotische extra koelvinnen op het contactblok zijn afwezig.
[anchor=d][/anchor]
Specificaties
Montage
Dankzij de pushpins is de installatie echt een lachertje, al vinden we het jammer dat je een druppie koelpasta uit een zakje moet halen in plaats van dat er een tube bij zit. Ik snap dat dit bedoeld is om kosten te drukken, maar dit voelt een beetje als het opgebruiken van oude voorraad gezien andere goedkopere Scythe koelers tegenwoordig ook een tube kregen. Het bevestigd ons gevoel dat de Choten toch echt voor eenmalig installatie is gemaakt.
Maar goed: druppie pasta op de CPU, sticker van het spiegelende contactoppervlak, de vier push-pins indrukken zonder er aan te draaien of andere onzin, en klaar!
Eitje, maar toch staan we er even bij stil. Er is in onze ervaring weinig mis met een pushpin constructie, maar de plastic-in-plastic opbouw leent zich niet voor vele herhaaldelijke installaties. Klik je dit ding erin en laat je je pc de komende jaren staan is het prima, maar voor de hobbyist die af en toe zit te knutselen aan zijn koeler zien we liever een stalen backplate gebaseerde mount. Nu kunnen we niet heel hard oordelen over dit specifieke model, maar uit ervaring weten we dat pushpin koelers die je na jarenlang werken los haalt wel eens willen breken. De kanttekening dat we dit model dus echt als een installeer-en-vergeet-em oplossing zien willen we je dus niet onthouden.
Compatibiliteit: geen klagen. Geen issues met expansiesloten, ruimte voor de meest gangbare geheugenmodules is ook aanwezig, en de koeler laat genoeg ruimte vrij rondom dat ook het moederbord en de aansluitingen goed bereikbaar blijven.
Mocht je je afvragen of AMD installatie lastiger is? Nee, die gaat via de bekende AMD-clip. Die valt precies in het blok en klik je grofweg even eenvoudig aan je AMD moederbord backplate. Vergeleken met Intel is de duurzaamheid daar dus wat minder een issue.
Testmethode
We blijven vanaf heden volledig trouw aan onze nieuwe Intel Core i7-8700K setup in combinatie met de ASUS ROG Z370 Maximus X Hero en onze trouwe Seasonic Focus Plus Gold Platinum Plus Titanium Ultra nogwat, ik kan de namen niet bijhouden soms. Het liefst wil je zo veel mogelijk op één platform blijven, maar nu 6 cores het nieuwe mainstream is, met een hoger gebruik tot gevolg, is die stap ons inziens toch echt praktisch relevanter dan vast te houden aan de Intel Core i7-7700K. We zijn nu zo ver dat we een goede, rotsvaste setting hebben voor de temperaturen en geluidsproductie, we hebben lang zitten knutselen wat voltages betreft, afstelling van kleine details in de bios en het opzetten van een geheel vaste opstelling die zowel wat luxere koelers als instappers kan vergelijken, en het is nu vooral een kwestie van koelers (her)testen om de lijst weer zo lang te krijgen als voorheen. De meer nauwkeurige resultaten zijn het m.i. echter waard.
Alle instellingen staan vast zoals voorheen, minimaal 20 minuten burn-in op welk moment we normaliter al steady-state hebben bereikt voor deze processors, en vervolgens meten we het gemiddelde over een periode van 15 minuten. Dit op een open testbench, zonder verdere koeling aanwezig, en genormaliseerd naar de kamertemperatuur; dit kan je binnen een paar graden afwijking zonder problemen normaliseren. Enkele uren tot een dag later en de nodige burn-in verder, herhalen we de test voor een grotere betrouwbaarheid.
Nadat beide tests tweemaal zijn uitgevoerd wordt elke koeler opnieuw gemonteerd om eventuele fouten van onze kant bij monteren uit te sluiten. Afwijkingen die we daar tot dusver zien zitten meestal (mits we onze taak goed doen) in de tienden van graden tot een graad Celcius. Resultaten binnen 1 C van elkaar kan je dus als meting-technisch gelijkwaardig beschouwen en hanteren wij dan ook als maximaal gewenste afwijking tussen de meetmomenten, anders begint het proces opnieuw totdat we een resultaat hebben dat we betrouwbaar reproduceren. Heel praktisch bekeken kan je jezelf ook afvragen wat een verschil van 3, 5, of soms nog wel meer graden nu echt uit maakt in je build, maar dat neemt niet weg dat we daar termen als ‘beter’ en ‘minder’ met overtuiging kunnen toepassen.
Ter info: een open testbench is in de regel niet beter dan een goede case. Een case met zeer goede airflow laat normaliter een iets betere prestatie zien, een case met matige tot slechte kan de temperaturen iets tot flink laten oplopen. Een open bench test is daarmee dus redelijk accuraat voor menig ’typisch’ degelijk tower systeem, maar blijf altijd nadenken over de gevolgen van jouw andere hardware.
Verder, onthoud ook dat synthetische tests aanmerkelijk zwaarder zijn dan typische game tests, vooral vanwege de consistentie van de belasting; een typische game geeft geen constante 100% load. Goede resultaten in synthetische tests geeft dus bepaalde zekerheden voor praktische applicaties. Hou daarbij wel rekening dat de ene CPU de andere niet is en dat variabelen als case airflow, warme grafische kaarten, of een kacheltje op je bureau in de winter ook invloed kan hebben. Je kan resultaten tussen verschillende reviews dus niet uitwisselen, noch garantie claimen dat jij bepaalde temperaturen die wij halen ook haalt. Dit is primair een vergelijking tussen koeloplossingen, zij het met praktische insteek.
Testresultaten
De resultaten met alle ventilatoren, pompen, en wat moderne koelers dan ook wel niet kunnen bedenken vol open:
Voordat we relativeren, eerst even de -maximale- geluidsproductie:
Voor wat extra relativeren is het handig om de prijs erbij te halen: de Scythe Choten is namelijk de goedkoopste in de test, al ontloopt de G100M hem niet veel. Eigenlijk relevanter is het gebrek aan verdere echte concurrentie. Ja, de G100M ontloopt de prijs niet veel maar is een veel lager, non-heatpipe RGB model met focus op een aparte uitstraling, maar verder zijn het vooral grotere, duurdere towers en waterkoelers. Dat hij dus aan de onderkant van de grafiek uitkomt zegt nog niet meteen dat de koeling verkeerd is, helemaal wanneer we zien dat hij op volle toeren ook één van de stilste koelers in de test is, enkel verslagen door zijn eigen broer de Ninja 5.
Toch kunnen we een interessante vergelijking maken met o.a. die waterkoelers wanneer we alle luidere koelers naar 40 dBA terugbrengen.
Voor de goede orde, de Choten -kan- niet luider dan 38,4 dBA dus de vergelijking is nog iets in het nadeel van Scythe, maar dat maakt het des te leuker dat de koelprestatie daar de 120mm waterkoelers in de lijst grofweg evenaart. Zelfs de forsere, duurdere torens van Cooler Master liggen er niet ver vanaf. Normaliter kan bij een pushpin constructie de zogeheten mounting pressure een overweging zijn, maar daar lijkt dus geen sprake van hier. Eigenlijk is het dus een hele nette prestatie, zeker met het gegeven van een bescheiden maximale geluidsproductie, plus de onhoorbare minimale geluidsproductie.
Voor we afronden is het belangrijk aan te halen dat een top-down koeler ook de componenten rondom je processor van airflow voorziet. Dat is objectief een feit en harstikke vanzelfsprekend, echter de praktische gevolgen zijn toch echt vooral gissen. Hoewel feitelijk te onderbouwen dat koelere componenten daar beter zijn voor de levensduur van je bord dan warmere componenten kunnen we geen echte conclusies trekken over de werkelijke invloed op de levensduur van je pc. Mocht je een systeem hebben waarbij de VRM’s een bekend gevoelig plekje zijn is het in onze ervaring in elk geval wel iets wat je mee mag wegen.
Conclusie
In onze ervaring dienen koelers rond de 30 euro vooral de indruk te wekken dat het ‘genoeg’ is, dat een duurder model eigenlijk niet nodig is. 60 graden Celcius op een i7 8700K met een all-core boost en volle belasting is zonder twijfel al meer dan dat. Geen resultaat waarbij we zeggen dat het net werkt maar dat je hem eigenlijk toch vooral voor een zuinigere CPU wilt overwegen, maar gewoon een objectief goede prestatie wat hem op deze flinke CPU en feitelijk elke andere consumenten processor een echt redelijk alternatief maakt. Geen top prestatie, maar toch ruim goed genoeg, voor een leuke prijs, en dus gewoon een prima koeler.
Top flow blijft een lastig punt waarbij we de overtuigende theoretische voordelen van airflow rond je socket niet kunnen vertalen naar harde beloftes over praktische voordelen, maar het werkt de Choten ook zeker niet tegen. Het feit dat hij slechts 120mm hoog is, een paar centimeter minder dan een typische tower, zal soms ook best een voordeel zijn en je hebt in elk geval weinig zorgen wat geheugen compatibiliteit betreft. Toch vragen we ons af of ze dit model beter niet nog wat lager hadden kunnen maken als alternatief voor bijvoorbeeld. de be quiet Shadow Rock LP (76mm hoog). Gaan we uit van gangbare geheugen modules zoals de Corsair Vengeance LPX die wij hier gebruiken (iets als Kingston HyperX Fury of Crucial Ballistix is niet significant anders) dan hadden we eenvoudig nog een paar centimeter kunnen inleveren. Dit had de Choten in tal van compactere cases een valide alternatief gemaakt, nu zetten ze hem toch vooral neer als direct alternatief voor een tower koeler in een tower case.
In de meeste opzichten zien we in de Choten eigenlijk helemaal niets van de betaalbare insteek, laten we niet vergeten dat hij goedkoper is dan hun oudere lineup zoals de Big Shuriken tegenwoordig is. De vier heatpipes zijn netjes vernikkeld, de bouw- en afwerking zijn dik prima, de nieuwe fan die we van een aantal recente (ook duurdere) Scythe koelers kennen is verbeterd en de resulterende geluidsproductie is objectief ook top: heel bescheiden op volle toeren, onhoorbaar in een typisch PWM fan profiel. Zaken die het niet direct makkelijker maken voor hun luxere alternatieven zoals de Fuma en de Mugen, ondanks dat die een stuk krachtiger zijn.
Het zijn puur de pushpins voor Intel sockets en het typische AMD-clip mounting waarbij het budget concept voelbaar wordt. Nu is dat niet per sé een drama omdat de resulterende installatie echt kinderlijk eenvoudig is en we geen negatieve impact lijken te zien op de prestaties, maar het is zeker niet gemaakt om tig keer gemonteerd te worden, en uit ervaring met Intel pushpins weten we dat het risico bestaat dat als je hem na 5 jaar loshaalt dat er wat kan breken. Afhankelijk van je eigen gebruik kan een beetje meer uitgeven voor een alternatief met meer solide mount dus geen gekke keuze zijn.
Enkele hogere res fotos voor de liefhebber, klikken voor de volledige versie: