Samsung 960 EVO 500GB

We zagen de Samsung 960 Evo al in de grafieken van de 960 Pro review, en ook in de review was het lastig om om dit product heen te komen. Hoewel de Samsung 960 Pro een echte show-stealer is zal iedereen die deze review bereikt ook al gezien hebben dat er een flink prijskaartje aan hangt, en op dat gebied zou de 960 Evo die we vandaag bekijken een stuk toegankelijker moeten zijn.

Net als zijn Pro broertje is de 960 Evo een M.2 NVMe SSD waarmee de SATA barrière ruim doorbroken zou moeten worden, en daar hangt natuurlijk wel een iets hoger prijskaartje aan vast dan bij die meer traditionele SSD’s. Hoewel er van de Pro geen 250 GB variant bestaat is dat bij de Evo wel het geval; ca 130 euro maakt hem zo’n 30% prijziger dan de SATA gebaseerde 850 Evo. De 500GB versie van de 960 Evo mag je normaliter zo’n 245 euro voor uitrekenen, wat hem grofweg 70 euro of 40% duurder maakt dan de 500GB 850 Evo die je ook in de grafiek aan zal treffen. Het zal weinigen dan ook verbazen dat Samsung de 850 Evo niet zal uitfaseren met de komst van de 960 Evo.


De verpakking is redelijk bescheiden, zo ook de aanwezige extra’s; meer dan een handleiding is het eigenlijk niet.



Toch is de SSD fysiek keurig, vooral de zwarte PCB zal menig enthousiast wel weten te waarderen, want een groen PCB in je moederbord zit zelden iemand op te wachten. Het enige zichtbare verschil met de 960 Pro is, anders dan de naamgeving, de keuze voor een oranje print van de Evo letters waar Pro in rood werd gedrukt, echter beiden zullen in welke kleuren combinatie behuizing gezien de afmetingen van die print niet misstaan.


Alle onderdelen zitten voorop, althans bij dit 500GB model, achterop treffen we een berg logo’s aan waarbij “welk logo houdt wat in” geen eenvoudig spelletje is om te spelen.


Showcasen in de praktijk doen we samen met de ASRock Z270 Extreme 4, waar ruimte is voor twee M.2 NVMe SSD’s waar beide Samsungs in zitten. Hoe dan ook vind ik het een stuk aantrekkelijker dan extra kabels en een SATA SSD.





Één belangrijke toevoeging: zorg dat je de NVMe driver van de Samsung website installeert. Windows 10 herkent deze SSD direct zonder problemen, maar voor optimale prestaties is de Samsung driver vereist. Apart genoeg moet je die zelf via de site downloaden, terwijl firmware updates en SMART info wel via de Samsung Magician software beschikbaar is.



De specificaties en features van de Samsung website:


Heldere specs van Samsung. Duidelijk vanuit de productpagina wordt dat Samsung deze schijf als consumer schijf op de markt zet, niet als zakelijke schijf zoals de SM961. Hoewel de Evo visueel lastig van de Pro te onderscheiden is zien we wel verschillen in de papieren: Samsung hun 48-layer V-NAND nogwat maakt plaats voor V-NAND 3bit MLC flash, en de durability rating ligt op ca de helft van de 960 Pro met 3 jaar garantie in plaats van 5 jaar als gevolg, al zijn het in absolute termen overigens absoluut geen misselijke specs.

Sterker nog: de performance informatie doet niet eens gek veel onder voor wat de Pro aangeeft, of staat in elk geval niet in verhouding tot het forse prijsverschil tussen de twee.


Er zijn tal van manieren om een SSD te testen en onderlinge verschillen aantonen is geen bijzonder spannende aangelegenheid. Omdat brute lees- en schrijfprestaties ook zeker niet onbelangrijk zijn, bijvoorbeeld bij het overzetten van grote hoeveelheden data naar een SSD (bijvoorbeeld bij gebruik als externe SSD) kijken we naar de bekende AS SSD en ATTO benchmarks waar je eenvoudig en snel mooie getallen tevoorschijn kan toveren wat betreft maximale snelheden. Daarbij sluiten we ook uit dat de SSD vals kan spelen met comprimeerbare data, iets wat vooral in het verdere verleden een rol speelde.

Het probleem met SSD’s is het in kaart brengen van gemeten verschillen in een praktische toepassing. Één van de eerste argument in het voordeel van SSD’s was het feit dat computers vele malen sneller opstarten met een SSD dan met een traditionele harde schijf, echter weet praktisch elke moderne SSD een systeem wel vlot te starten en is dat weinig graadmeter meer voor prestaties (wederom, in het verdere verleden een ander verhaal). Onderlinge verschillen bij dergelijk eenvoudig gebruik zijn in een directe vergelijking nog wel grofweg van elkaar te onderscheiden als we van budget SSD’s naar high-end SSD’s gaan, en van high-end SATA naar de nieuwe PCI-Express / NVMe SSDs, maar je moet wel van goede huizen komen als je aan de hand van opstart- of response snelheid echt geld durft te zetten op wat voor een klasse SSD er in een systeem zit waar je achter zit.

Toch moeten we vergelijken, dus gaan we kijken naar de schijven in een aantal scenario’s die daadwerkelijk gebruik van een schijf simuleren. AS SSD kent een drietal ‘real world’ (bewust tussen aanhalingstekens) benchmarks die we meenemen, en ook PC Mark 8 die een totaalplaatje schetst van het systeem met de bewuste SSD dient deze praktische doelstelling.

Het intensere vergelijken doen we met de complexe I/O meter applicatie. Hierin kun je zelf vele soorten tests opzetten en fine-tunen, we testen op drie onderdelen: 4K performance voor het ‘typisch’ gebruik, 2M performance voor inzicht in consistente lees- en schrijfsnelheden, en Workstation en Database tests voor de meer zakelijke doeleinden. Gezien we met o.a. PC Mark 8 en AS SSD al een redelijk beeld kunnen krijgen van de verhoudingen wat echt typisch consumentengebruik betreft richten we met I/O meter op de prestaties van het primaire geheugen van de SSD. Sommige SSD’s combineren grotere hoeveelheden tragere TLC geheugencellen met een kleinere hoeveelheid duurdere SLC cache om zo een balans te vinden tussen opslaghoeveelheid, gevoelssnelheid en betaalbaarheid, eenvoudige gebruikers zullen zo enkel de hoge snelheid ervaren. Hoewel dat een begrijpelijke en voor die typische consument slimme zet is testen we met de I/O meter setup bewust het traagste deel om te achterhalen hoe de prestaties uitpakken bij meer langdurige belasting.

‘4K performance’ bestaat uit het lezen en schrijven van kleine blokken data welke een grote factor spelen bij het snelheids ‘gevoel’ bij dagelijkse taken waar gamers en thuisgebruikers mee zitten. Deze bestaat uit een ‘4K Random Read’ test (100% read, 100% random) en een ‘4K Random Write’ test (100% write, 100% random). We testen met een Queue Depth van 1, 2, 4, 8, 16 en 32. Daarbij leggen we voor het beoordelen de nadruk bij een lage ‘Queue Depth’ of QD. QD kort uitgelegd: SSD’s presteren beter wanneer ze een flinke portie werk gelijktijdig of in één keer kunnen verwerken dan wanneer ze minder kunnen stapelen. Dat laatste is praktisch het meest relevant en weegt dan zwaar in de beoordeling, terwijl het eerste juist het mooiste is voor de marketing afdeling van de fabrikant.

‘2M performance’ bestaat uit 2MiB blokken sequentiële data en geeft zo een beeld van de structurele doorvoersnelheden (langdurig grote blokken data wegschrijven of uitlezen). Ook hier testen we dezelfde QD’s al verwacht je daar minimale verschillen tussen te zien. In de totale beoordeling weegt deze relatief licht.

Voor intensiever gebruik laten we er ook een Workstation en Database simulatie benchmark op los, waarbij de SSD flink aan het lezen- en schrijven gezet wordt om een zwaardere belasting te simuleren. Dit laatste is relevanter voor zeer intensief (hence: Workstation), zakelijk, of pro-sumer gebruik, maar voor gamers en consumenten (inclusief foto en videobewerkers) flink minder relevant. De Database test legt de nadruk op gelijktijdig gebruik door meerdere gebruikers/toepassingen en bestaat uit 8K blokken, 67% lees-acties, en 33% schrijf-acties. De Workstation test bestaat eveneens uit 8K blokken, meerendeels lees-acties, en bevat 67% random data. Hoewel alle SSD’s door dezelfde molen gaan wegen we de resultaten uiteraard zwaarder of lichter gebaseerd op de positionering (consumer, Pro, etc) van de SSD op de markt.

Let op! Gezien dit een vrij recente categorie betreft zal aan het test-proces nog worden gesleuteld. Ook zijn Iometer resultaten nooit 1:1 uitwisselbaar met die van andere reviews, daarvoor zijn te veel variabelen aanwezig.


In de eerste benchmarks zien we dat de 960 Evo enerzijds de 960 Pro lekker op de hielen zit, terwijl hij aan de andere kant zijn SATA broertje mijlenver achter zit laat; gezien de positionering redelijk in het midden tussen die twee in is dat op zich een prima plaatje om mee te beginnen. In absolute termen zijn de prestaties ook bizar indrukwekkend: “even” met 3400MB/s uitlezen alsof het niets is… pff..








In ATTO zien we wederom mooie topsnelheden, zeker in het lezen doet hij nauwelijks onder voor de 960 Pro, en specifiek naar de 4K blokken kijkend ligt hij er zelfs iets boven (en boven de theoretische doorvoer van SATA SSD’s), vermoedelijk geen gevolg van gunstige caching. Al vanaf 16K blokken zien we de piek bereikt van schrijfsnelheid met praktisch even snelle leessnelheid, maar het duurt uiteindelijk nog even voordat we de piek van de leessnelheid tegen komen, daarvoor gaan we richting de 512KB blokken waar de 960 Pro al eerder op dreef kwam. Verschil moet er wezen.




Toch is er enige nuance nodig, want kijken we bijvoorbeeld naar de PC Mark 8 totaalscore dan zien we dat het sprongetje eigenlijk maar klein is, zowel tussen SATA drives en de 960 Evo, als tussen de 960 Evo en Pro. Nu zegt die benchmark niet zo veel en de MB/s resultaten voor de opslag laten weer een flink gat zien, maar het is wel tekenend voor de meer subjectieve gebruikservaring bij typische taken; het is niet zo dat je hele computer opeens tig keer sneller werkt, enkel de opslag.



Waar de onderlinge verschillen bij SATA drives echter lastig op te merken is in de praktijk is het wel zo dat wanneer je bijvoorbeeld naar laadtijden van games gaat kijken een snelle SSD weer echt een verschil kan maken, en dan komen we wel in (relatieve) verschillen zoals de stap van HDD’s naar SSD’s ooit was; SATA naar NVMe mag je in diezelfde orde plaatsen met verschil in laadtijden die eenvoudig een factor 2 of 3 kunnen zijn, al is de grootste absolute winst natuurlijk bereikt bij de overstap van mechanische HDD naar praktisch welke SSD dan ook.


Iometer resultaten!







Iometer laat eigenlijk een vergelijkbaar beeld zien, waarbij de 960 Pro en Evo de SATA modellen al snel achter zich laten, terwijl die laatste allemaal een beetje in dezelfde grove range zitten. Kijk je naar 4K Read en Write en de Queue depth van 1 a 2 dan zie je daar eigenlijk de beste weergave van wat een ‘normale’ gebruiker zal ervaren: een bescheiden boost boven een ‘ouderwetse’ SATA SSD, maar waarbij het vooral belangrijks is om op te merken dat het verschil met de 960 Pro eigenlijk klein is; het verschil in ervaring bij het starten van applicaties, openen van bestanden en dergelijke is in dat opzicht nihil. De hogere Queue depths komen aan de orde wanneer de SSD flink meer werk te verzetten krijgt, en dan komt een krachtpatser van een SSD zoals de 960 Pro natuurlijk wel goed van pas. Hetzelfde gaat op voor het wegschrijven van veel grote blokken, waar de 960 Pro duidelijk consistent is terwijl de 960 Evo ruim terrein verliest zodra (vermoedelijk) de cache vol zit of wordt omzeild door naar specifieke gedeeltes van de schijf weg te schrijven.

Vooral de slimmigheid waarmee de 960 Evo in dagelijkse taken en praktische benchmarks de 960 Pro bij weet te benen is dan toch een complimentje waardig, want met de Database en Workstation benchmarks waarbij de schijf pas echt hard aan het werk gezet wordt zien we dat de onderliggende NAND prestaties niet zo fenomenaal zijn als de eerdere scores; sterker nog de 850 Evo is bij lage QD’s zelfs nog wat vlotter. Het onderstreept des te meer dat dit een consumenten schijf is bedoeld voor snelheid in consumenten taken, zware database workloads horen hier niet op thuis, maar mag je dat een schijf als dit aanrekenen?

FYI: IOmeter is een complex stukje software. Je kan met een praktisch eindeloos aantal instelmogelijkheden niet alleen tal van scenario’s simuleren, maar vooral ook jezelf hoofdpijn bezorgen of grote invloed uitoefenen op de resultaten. Wees daarom alert dat je IOmeter resultaten van één reviewer niet klakkeloos vergelijkt met die van een andere.



De Samsung 960 Pro was één grote mond open en staren maar experience waarbij het pittige prijskaartje weliswaar te begrijpen was, maar het ergens toch ook pijn deed dat je voor exact hetzelfde geld met een typische SSD dubbel zo veel opslag zou kunnen halen. De Samsung 960 Evo is wat dat betreft veel redelijker. Ja, hij kent nog altijd een meerprijs boven de 850 Evo, maar de NVMe gebaseerde 960 Evo is verhoudingsgewijs wel veel en veel sneller dan de 850 Evo en andere SATA modellen in de lijst. Zeker als je genoeg denkt te hebben aan een 250 GB model, waarvan sowieso geen Pro versie bestaat, zijn die paar tientjes dan toch redelijk snel vergeten tegen de ervaring van een nog vlottere computer, al moet ik er wel weer aan herinneren dat de ervaring van snellere storage nooit meer zo dramatisch zal zijn als de overgang van een HDD naar SSD de laatste jaren; NVMe is in dat opzicht evolutie. Echter ook bij de 500GB variant, waarbij het verschil ca 70 euro bedraagt, zien we toch duidelijk dat in de praktisch relevante tests het verschil groot is, terwijl de 100 euro die de 960 Pro hoger zit beduidend lastiger goed te praten zijn. Evolutie of niet, het gat is overduidelijk.

Samsung mag complimenten in ontvangst nemen voor het produceren van een bijzonder slim doordachte SSD, want hoewel we in zware database simulaties afgestraft zien worden en de prestaties van het onderliggende flash duidelijk wordt, weet hij in de relevante praktische applicaties voor consumenten juist uitstekend te scoren. In dat opzicht is dus duidelijk dat Samsung wel degelijk duidelijk bespaard op de productie ten opzichte van de Pro, maar dat je er in de praktijk heel weinig van door hebt als consument, gamer, foto werker of gewoon typische tech-enthousiast. Prestaties daar waar ze tellen, en de besparingen daar waar je er het minste last van hebt; prima design keuze.

De 960 Pro mag zich nog altijd de ultieme bazen SSD noemen voor zij die niet op een paar centjes hoeven te letten, maar de 960 Evo gaat met een m.i. veel belangrijkere praktische prijs naar huis: die van een razendsnel product, maar vooral ook een prima redelijke aanschaf. Hij zal de 850 Evo niet direct achter zich laten in pure verkopen, SATA SSD’s behouden het “vlot genoeg en lekker goedkoop” labeltje wat voor de grote aantallen aantrekkelijk is, maar voor zij bereid om toch iets bij te leggen voor een flinke opslag upgrade is de 960 Evo toch zeker interessant.

Enkele hogere res fotos voor de liefhebber, klikken voor de volledige versie:
[wpdevart_facebook_comment curent_url=”https://www.techtesters.eu/samsung-960-evo-m-2-nvme-ssd-review/” title_text=”” order_type=”social” title_text_color=”#000000″ title_text_font_size=”1″ title_text_font_famely=”arial” title_text_position=”left” width=”100%” bg_color=”#d4d4d4″ animation_effect=”random” count_of_comments=”10″ ]

Over Stephan
Stephan en Nada kennen elkaar dankzij online gaming en een liefde voor toffe tech. Tegenwoordig houden zij elkaar bezig met maken van reviews van computer hardware. Hun doel: Uitgebreide reviews die je een realistisch beeld geven van wat je van het product mag verwachten.