ASUS TUF Gaming GeForce RTX 3080 OC review
Met de GeForce RTX 3080 lancering achter de rug is het tijd om naar de partner cards te kijken. Nvidia maakte absoluut indruk met hun nieuwe design en het feit dat Founders Edition kaarten inmiddels (nou ja, sinds vorige generatie) gewoon harstikke goed zijn is absoluut goed nieuws, maar er is absoluut ruimte aan de bovenkant van de markt voor iets dat dikker en efficienter is. En RGB natuurlijk, al is de TUF kaart van ASUS daar niet het meest extreme voorbeeld van.
De vraag voor vandaag is dan vrij simpel: hoe dik, en hoe efficient is ASUS hun nieuwe TUF Gaming RTX 3080? Exacte prijskaartjes zijn nog niet bekend, maar we gaan gemakshalve uit van ca 799 euro, of een meerprijs van 80 to 100 euro boven de Founders Edition.
De 30-serie samengevat
Ons hele verhaal over de Nvidia GeForce RTX 3080 vind je in de review van de Founders Edition, of de video die hieronder staat. Voor de PC liefhebber met een gebrek aan tijd, die 700+ euro moet je natuurlijk wel even verdienen, een korte samenvatting: met de 30-serie brengt Nvidia videokaarten uit met een nieuwe architectuur, meer cores, sneller geheugen, en verbeterde RT en Tensor cores waardoor vooral RTX en DLSS games nog veel sneller presteren. Toch moeten we de verbeteringen juist in niet RTX-DLSS games ook complimenten geven, de RTX 3080 is namelijk flink sneller dan de RTX 2080 en de RTX 2080 Ti. Gemiddeld 25-30% sneller dan een rappe factory OC RTX 2080 Ti op 4K en 1440p, en 50 a 60% sneller dan een RTX 2080 FE op 4K en 1440p. Dat is een enorme stap vooruit.
Wat houden die percentages in? Dat we nu alle AAA games (Flight Sim uitgezonderd wellicht, dat draait op een Supercomputer als trage soep) op 4K kunnen spelen met hoge settings, en meer dan 60 FPS. Sommige grote titels zelfs boven de 100, en dat is best knap.
Ook 1440p doet het goed, ondanks dat een RTX 2080 en 2080 Ti het daar al leuk deden: grote titels op 1440p, hoge settings, en hoge framerates. Objectief, heel dik.
Voor 1080p raden we geen RTX 3080 aan, wacht dan op de 3070 of 3060 (Ti?) voor een betere prijs-prestatieverhouding. Voor esporters is er echter wel meerwaarde, met games als Overwatch, CS:GO en Warzone haalt een RTX 3080 meer uit je 240Hz-360Hz monitor dan een RTX 2080 (Ti). Als je dus geld verdient door te winnen is de investering niet gek.
De ASUS TUF Gaming
Als er geen TUF op zou staan, zou je zeggen dat de nieuwe ASUS TUF Gaming een ROG Strix kaart is. Deze generatie schuiven ze TUF wat de hoogte in in de picking order, en is dit een high-end optie, geen instap-midrange zoals TUF producten voorheen (technisch gezien, in een ver verleden waren er juist wel weer high-end TUF producten). Het is vooral een indrukwekkende kaart: dik, prachtig gebouwd met een metalen shroud in plaats van het gebruikelijke plastic, drie dikke fans, mooie backplate, het complete plaatje.
Overdreven groot is hij overigens niet, 30 centimeter lang, 12,7 centimeter breed en 5,2 centimeter dik (2,7 slot) is fors, maar niet zo extreem dat de meeste cases er moeite mee zullen hebben. Ook de RGB is niet overdreven, een klein beetje aan de voorzijde is het enige. Dat was te verwachten, ROG Strix kaarten waren ook nooit echte RGB monsters en hielden het ook bescheiden.
Dat ASUS zichzelf opzet voor een nog extreme ROG Strix uitvoering zien we ook aan de features, zo zijn de eerdere fan- en RGB headers van high-end ROG kaarten verdwenen. Toch is de featureset van de ASUS TUF Gaming een positieve factor. Waar de meeste videokaarten, inclusief de grote Gaming X Trio van MSI, eigenlijk weinig aan bruikbare features toevoegen (RGB even daargelaten), krijg je bij ASUS wél een dual bios met switch, en een extra HDMI 2.1 poort op de achterzijde. Voorheen lieten ze daarvoor vraag het derde DisplayPort achterwege, die hou je er nu gewoon bij. Het is geen feature waar iedereen van zal profiteren, maar een hele duidelijke selling point als jij wél twee HDMI 2.1 devices wilt koppelen.
Prestaties
Waar het echt om gaat: de prestaties. Het belangrijkste zijn de temperaturen, de geluidsproductie, en de balans tussen die twee. De TUF Gaming is veel koeler dan de Founders Edition, en tevens een stapje stiller. Dit was te verwachten, want ASUS richt zich al jaren op de laagste temps. Vergeleken met de MSI is hij ook een flink stuk koeler, maar de MSI is juist weer een stuk stiller. De ASUS is zeker niet luid, je hoort hem nauwelijks, maar wel iets meer dan de MSI. Tijdens het gamen ga je het echter niet merken.
Stellen we alle drie de koelers op 40 decibel af, dan zien we dat de FE minder efficient is (logisch, want ook veel kleiner), en dat de ASUS en MSI, beide grote jongens, gelijkwaardig zijn. Let op: alle drie de kaarten koelen ook de VRMs en het geheugen mee, iets waar wij op zullen hameren zodra een kaart dat niet doet; dat helpt de GPU temperaturen namelijk beter over te laten komen, ten koste van andere componenten.
Minder belangrijk vind ik de boost snelheid, want die zal ook deze generatie sterk sample afhankelijk zijn, en overdreven veel aandacht aan die boost snelheid kan ertoe leiden dat we straks een “battle of the golden samples” gaan krijgen. Deze specifieke MSI boost hoger, en dat resulteert in een ca 2% prestatieverschil, maar tot harde conclusies leidt het niet, en daarbij is 2% sowieso niet iets dat je merkt. Opvallend is hoe hoog de FE al boost, die gedraagt zich feitelijk als een factory OC kaart.
Alle drie de kaarten gebruiken ook grofweg even veel, binnen de marge die je normaliter tussen verschillende samples kan verwachten. De “OC” lijkt dus standaard te worden, budget kaarten daargelaten, en lijkt dus niet tot extreem verbruik te leiden.
Een overzicht van de prestaties naast elkar:
Opvallend is wel dat de Q en P bios modi hetzelfde presteren. ASUS gaf in hun presentatie aan dat de Q modus wat warmer zou moeten zijn met een lagere geluidsproductie, maar onze kaart gedraagt zich in beide profielen als hierboven. Het enige verschil is dat de Quiet modus de fans in idle wel stil zet, en de Performance modus de fans op een heel laag (onhoorbaar) pitje laat draaien. De bios switcht dus wel, maar het profiel lijkt niet af. We vermoeden dat dit komt omdat ze deze kaarten heel snel moesten maken voor reviewers, en we gaan ervan uit dat je straks wel twee verschillende profielen hebt. Zo niet, heb je nog dual-bios en kan je zelf je fan curve instellen.
Conclusie
Het was te verwachten natuurlijk, maar ook ASUS weet echt wel een videokaartje te maken. En vergeleken met de FE is de meerwaarde duidelijk: hij is iets stiller, en ondertussen heel veel koeler. Oh, en ik vermoed dat het design de ASUS fanbase meer zal aanspreken natuurlijk. De traditionele dikke 3-fan kaart doet het altijd goed.
Vergeleken met andere high-end opties zal het grotendeels lood om oud ijzer zijn, waarbij je vermoedelijk al lang en breed een merk- of designvoorkeur hebt, en hooguit af kan vragen of je liever extreme koeling wilt (deze dus), of liever een kaart met een focus op stilte. Hopelijk heeft de retail versie wel een stil profiel erbij, dan kan je zelf gewoon kiezen. Al kan je de fan curve hoe dan ook zelf instellen, dus niets weerhoudt je ervan om deze kaart zo stil of koel te stellen als je wilt; je hebt koelcapaciteit genoeg in elk geval.
De vraag is of ASUS de prijzen een beetje binnen perken weet te houden, want het is niet de enige goede kaart op dit moment. Maar het is zeker niet zo dat ASUS alleen om de naam teert. Het feit dat ze een mooie metalen shroud hebben gemaakt in plaats van (goedkoper) plastic verklaart een deel, en de aanwezigheid van een dubbele bios met switch plus extra HDMI 2.1 poort zal voor sommigen een mooie extra zijn. Kortom, objectief een knap totaalplaatje, nu even wachten op de prijzen:
Vragen over de producten die we bespreken? Aankoopadvies nodig of gewoon gezellig chatten met ons? Je vindt ons op:
– Onze Discord server voor chat en tech talk (gratis en geen installatie noodzakelijk).
– Techtesters YouTube
– Techtesters op Instagram
– Foritain op Twitter (auteur, test-chef)
– Nadalina op Twitter (baas, foto-heldin)